In heel Nederland, en ook in de verschillende buurten in het Amsterdamse stadsdeel Oost, heeft  men te maken met een trend waarbij ouderen en mensen met psychische of lichamelijke beperkingen steeds langer thuis blijven wonen. Door het uitgebreide voorzieningenaanbod hoeven deze mensen niet te verhuizen uit hun eigen wijk, hun vertrouwde sociale omgeving. Wijken waarin dit mogelijk is, noemt men woonservicewijken.  De overheid werkt op dit gebied al tijden samen met welzijnscentra en zorgcentra om dergelijke voorzieningen te bieden. De afgelopen jaren hebben de zorgcentra echter minder geld te besteden, waardoor er meer druk op de schouders van de overheid komt te liggen. Deze heeft echter ook te maken met bezuinigingen, waardoor er creatief omgegaan moet worden met de aanwezige middelen die in de wijk beschikbaar zijn.

Een middel om meer uit de wijk zelf te halen is om een maatschappelijke ontwikkeling op gang te brengen, waarbij burgers en ondernemers zelf participeren en kijken wat men vanuit haar/zijn eigen positie bij kan dragen.  Vooral ondernemers zijn hierbij een interessante groep. Het is belangrijk om te kijken of deze ondernemers iets op maatschappelijk gebied kunnen betekenen voor de buurt. Als ondernemers zich maatschappelijk verantwoord gaan inzetten zal dit de maatschappij ten goede komen en wordt de druk op de overheid verminderd.

Studenten van het Excellentieprogramma Economie en Management inventariseren wat de welwillende organisaties in Amsterdam-Oost concreet willen en kunnen bijdragen en hoe zij hun rol als ondernemer in de buurt zien op de lange termijn. Vragen die hierbij van belang zijn: Welke bedrijven in Stadsdeel Oost kunnen iets betekenen voor de samenhang in de wijk? Op wat voor manier denken deze ondernemingen zelf zich in te kunnen zetten? Wat voor randvoorwaarden verwachten zij terug van de gemeente?